foto: Jolinda van de Beukel |
Het is al het tweede gesprek van de week waarin ik vooral aan het
luisteren ben, deze morgen in het lokale café. Vanuit de pioniersplek ZIN zit
ik daar een vrijdagmorgen in de maand, met wie maar aan wil schuiven.
Degene tegenover mij heeft mij opgezocht om te vertellen over haar zoektocht naar
spiritualiteit. Die zoektocht leidt zeker niet het christendom binnen. Ze heeft
een verleden, in een kerk van regels en hypocrisie, dat ze achter zich laten wil. Eerder deze week vertelde een gesprekspartner aan mijn keukentafel dat ze
eigenlijk niet wil kiezen voor één bepaalde religie. Hier in het café hoor ik de bij een kop koffie een verhaal vol vuur en overtuiging
over het hindoeïsme.
Ik luister… en
worstel met de vraag: wat zou Jezus doen?
Aan de ene kant merk ik dat, aangestoken door Hem, mijn behoefte om te overtuigen steeds meer plaats maakt voor ruimte-maken voor de ander en luisteren.
Aan de andere kant vraag ik me af waar de trouw aan wat ik geloof blijft… Getuig ik wel van Degene die mij draagt als ik wacht tot ernaar gevraagd wordt?
Soms voelt het alsof alle ruimte die ik maak voor de ander mezelf doet verdwijnen. Ik word kleiner.. Maak ik de God die ik zelf zoek daarmee ook kleiner?
Het lukt mij nauwelijks om uit te dragen dat Degene die ik liefheb, met vallen en opstaan, ook voor die ander dé ware is. Ik weet dat gewoon niet; steeds overheerst het gevoel dat ik daarvoor nog niet lang genoeg geluisterd heb.
Aan de ene kant merk ik dat, aangestoken door Hem, mijn behoefte om te overtuigen steeds meer plaats maakt voor ruimte-maken voor de ander en luisteren.
Aan de andere kant vraag ik me af waar de trouw aan wat ik geloof blijft… Getuig ik wel van Degene die mij draagt als ik wacht tot ernaar gevraagd wordt?
Soms voelt het alsof alle ruimte die ik maak voor de ander mezelf doet verdwijnen. Ik word kleiner.. Maak ik de God die ik zelf zoek daarmee ook kleiner?
Het lukt mij nauwelijks om uit te dragen dat Degene die ik liefheb, met vallen en opstaan, ook voor die ander dé ware is. Ik weet dat gewoon niet; steeds overheerst het gevoel dat ik daarvoor nog niet lang genoeg geluisterd heb.
Jezus draagt zijn
leerlingen op om verder te trekken als er geen gehoor is voor hun verhaal (in
Marcus 6, vers 10 bijvoorbeeld). Is het mijn missie om te luisteren naar wie me
opzoekt met haar verhaal, of wordt er van mij een duidelijker verhaal verwacht? Ik kom al luisterend niet verder dan stamelen… Is een open hart bij een kop koffie voldoende? Of heb ik 'betere dingen' te doen? Wat zou Jezus doen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten