zondag 17 mei 2015

Het Hooglied, ideaal en werkelijkheid

Plezier heeft de vorm
van jouw lichaam gekregen.

Ik vind je hoe langer
hoe langer hoe liever,
je bent al zo lang
als een dadelpalm
waar ik wel in wil klimmen.

Ik ben van mijn lief,
en als hij verlangt
verlangt hij vanzelf
naar mij.

Judith Herzberg (naar het Hooglied)

Het Hooglied is prachtige poëzie over de liefde met huid en haar. Er is weinig geestelijks aan, als het gaat over borsten als kalfjes. Veel beelden spreken boekdelen voor wie een beetje erotische fantasie heeft.
Laatst lazen we een stukje uit het Hooglied in een kerkdienst en vertelde ik over de liefde. Ik vertelde over het verlangen van een mens om aangeraakt te worden, om je te herkennen in de ogen van een ander. Het verlangen om omarmd te worden met alles wat je bent. Ik vertelde over het wonder als er iemand is die bij je past, en over de tinteling die dat geeft. De ander kan een godsgeschenk zijn waar je met al je zinnen van genieten kunt.
Het was best een confronterende onderneming. Tijdens de voorbereiding liep ik op tegen de spanning tussen ideaal en werkelijkheid. Ik ben niet gemaakt voor alleen-zijn, maar ik ben het wel; na een scheiding ben ik inmiddels 7 jaar alleen. En de kerk inkijkend besefte ik nog eens wat ik al wist: dat er elke zondag heel veel alleenstaanden in de kerkbanken zitten. En allemaal missen ze het, dat ze niet (meer) door een lief worden vastgehouden.
En verder, als ik eerlijk ben, dan zijn mijn ervaringen met seksualiteit niet allemaal zonovergoten en gelukkig.
Achteraf had ik spijt dat ik het bij mooie verhalen had gehouden. Het horen van een preek van Janneke Nijboer maakte me wakker. Zij vertelde over de donkere kant van seksualiteit: dat wat gebeurt tegen je wil of voordat je eraan toe bent. En ik realiseerde me ineens voor hoeveel mensen geldt wat voor mij geldt: dat seksualiteit mooi kan zijn, maar ook moeizaam en teleurstellend. Slechte ervaringen kunnen zorgen voor blokkades die de intimiteit tussen twee mensen moeilijk maken. Schaamte omdat je lijf niet wil en je verkrampt maakt de blokkade dan nog groter. Het wordt een geheim verdriet dat je niet delen kunt.
Het kan heel erg misgaan. Alexander Veerman en zijn vrouw Esther schrijven samen hun over de gevolgen van misbruik die één van beide partners overkomen is, en hoe ze daar hun relatie mee om zijn gegaan.

Het Hooglied is prachtig. De tijd dat we in de kerk veroordelend spraken over de lijfelijke kanten van liefde is wel voorbij. Maar maken we het daarmee niet te mooi? Is er voldoende aandacht voor wat diep ingrijpt maar onzichtbaar blijft: de pijnlijke kanten van seksualiteit?


maandag 4 mei 2015

Herdenken, 4 mei 2015: verzet begint bij: jezelf een vraag stellen

Uitgesproken tijdens de bijeenkomst voor Dodenherdenking, 4 mei 2015 in Wijk bij Duurstede


gedenkplaat op de Markt van Wijk bij Duurstede
Wie vraagt zich niet af: wat zou ik gedaan hebben..? Zou ik de juiste keus gemaakt hebben in een situatie van oorlog?
Zou ik dapper zijn, of vooral bang? Zou ik verzet tegen onmenselijke maatregelen aandurven – als een bevolkingsgroep gebrandmerkt en uitgeroeid wordt. Zou ik het systeem kunnen trotseren? Zou ik opkomen voor wie op een onmenselijke manier behandeld wordt? Iemand in huis verbergen, met risico voor eigen leven.
Of zou ik toch de andere kant opkijken?
verleid worden tot de gemakkelijkste weg, niets doen en zo ook een keus maken…
Als je herdenkt, en met open ogen wilt kijken naar het verleden, dan besef je hoe groot de dilemma’s waren. Hoe moeilijk de keus. Dan besef je hoeveel grijs is er is tussen het zwart en wit van goed en fout.
We herdenken vandaag slachtoffers van onvoorstelbaar geweld.
We herdenken mensen die zich inzetten voor vrijheid en daarbij hun leven verloren.
Zij die helden werden, misschien wel zonder het te willen. Zij die zich in het verborgene inzetten voor een ander. Voor de vrijheid.
We herdenken omdat zij die stierven niet vergeten mogen worden. Want dan hebben degenen die hen doodden alsnog het laatste woord. Hun namen moeten genoemd worden, herdacht, bloemen moeten op hun graven gelegd. We moeten stil staan bij hen.
Hun dood stelt ons een vraag.
Als we herdenken stellen we onszelf de vraag: wat zou ik gedaan hebben.. die vraag mag niet zwijgen.
en daar zit direct die andere vraag aan vast: wat doe ik nu, hoe kies ik in het hier en nu?
Je weet niet wat je doen zult als je – bij wijze van spreken – het mes op de keel krijgt. Als je bang bent, en wie je lief zijn gevaar lopen.
Zelfs in minder extreme situaties, in het Nederland van nu, kost het ons moeite om de juiste keuzes te maken. Om voorbij te zien aan angst om zelf tekort te komen, aan huiver voor het onbekende, aan onbegrip voor de vreemdeling. Ik moet u zeggen: het zit mij hoog, hoe wij met vluchtelingen omgaan.

De verhalen van degenen die de Tweede Wereldoorlog meegemaakt hebben helpen, om dichterbij de dilemma’s te komen.
Die verhalen scherpen ons oordeel tussen goed en kwaad… omdat het voelbaar wordt hoeveel pijn een oorlog teweeg brengt. Omdat voelbaar wordt hoe groot de consequenties van een keuze kunnen zijn. En omdat voelbaar wordt veel grijs gebied er is…
Als u kunt ga dan luisteren naar één van de stukken die Stichting de Inrichting later deze maand speelt. Een stuk als ‘ik huil mijn vaders tranen’ laat zien hoe de oorlog door de generaties heen zijn sporen nalaat.
Ik wil u graag een klein stukje van mijn familie geschiedenis vertellen. Het verhaal van mijn moeder.

Mijn moeder was twee toen de oorlog in Nederland uitbrak.
Ze is de één na jongste in een gezin van acht kinderen. Haar vader, een arbeider zonder vast werk in Zeeuws Vlaanderen, maakte de foute keus – hij zocht zijn heil bij de NSB.
Hij werd na de oorlog berecht voor zijn daden en zat zijn straf uit.
De schaamte duurt totnutoe voort. Voor sommige familieleden is erover praten nog taboe. 
De dichterbij komende bevrijding in 1944 betekende voor hen het begin van een vlucht naar het Noorden. Geallieerden kwamen dichterbij. Zij waren bang, wat zou er met hen gebeuren? Er was geen tijd te verliezen, er werden zoveel mogelijk kleren over elkaar heen aangetrokken en ze sloegen op de vlucht; wat ze hadden lieten ze achter.
Ze trokken van plek naar plek, verder naar het noorden. Steeds was er de angst: mogen we hier blijven of moeten we nog verder vluchten.
in de chaos rond de bevrijding werden vader en moeder beiden gevangen genomen. Moeder en haar kinderen werden gescheiden, de een werd getransporteerd naar een vrouwenkamp, de kinderen kwamen in een heropvoedingskamp. De 14 jarige zus van mijn moeder kreeg de verantwoording voor haar vijf jongere broer en zussen.


Mijn moeder herinnert zich een Sinterklaasfeest in december 1945. Ze was inmiddels ergens in Zeeland. Na maanden waarin er nauwelijks contact was stond haar moeder daar om de kinderen op te halen. Ze gingen met haar mee. Met een bootje over het ondergelopen Walcheren terug naar Zeeuws Vlaanderen. Het meisje van 7 dat ze toen was vond het eigenlijk helemaal niet leuk dat ze het Sinterklaasfeest nu moest missen.
Een kind ziet een oorlog door de ogen van een kind. Spelend. Zich aanpassend, en zich weer aanpassend aan dat waar het geen invloed op heeft…
En ik zie hoe mijn moeder  geraakt wordt door het lot van vluchtelingen. Dat gold misschien nog wel meer voor haar oudere zus die ooit de zorg had voor 5 jongere zusjes en een broertje -
Het raakt hen: mensen die op de vlucht zijn voor oorlogen die de onze niet zijn. Oorlogen die we niet begrijpen – maar zo is dat met oorlogen die nog niet geëindigd zijn. Mensen op de vlucht, of misschien met andere redenen en motieven op een bootje gestapt, de Middellandse Zee op. Overgeleverd aan wie hen wil opvangen. Uit zee halen.
Het raakt, want zij waren ook vluchteling.. door een vader die een keus maakte die ‘fout’ bleek. Ze hadden niets meer en waren afhankelijk van wie hen desondanks wilde opnemen. Familie die hen een dak boven het hoofd bood – in een klein huisje van hun oma mochten ze erbij, met z’n negenen. En er was de kerk die bijsprong.
Dat is ze nooit vergeten.
Als we herdenken doen we dat samen, op 4 mei. De verbinding geeft grotere kracht aan het herdenken… Je kunt het je voorstellen als een kring die we vormen.
Kunnen we de kring openhouden als we herdenken? De goede daden eren, de slachtoffers niet vergeten, stilstaan bij wat echt verkeerd was - zonder buiten te sluiten wie met de consequenties van verkeerde daden te maken kreeg?
Verhalen maken ons duidelijk wat de gevolgen zijn van keuzes, èn dat keuzes nooit zwart wit zijn.. elke keus heeft wit en zwart, goed en kwaad in zich.. verhalen schetsen ons het grijze gebied waar wij leven en waar wij kiezen moeten.
Dat maakt de vraag alleen maar dringender: wat is goed om te doen?

Remco Campert schreef deze prachtige regels:
Verzet begint niet met grote woorden
maar met kleine daden
zoals storm met zacht geritsel in de tuin
of de kat die de kolder in zijn kop krijgt
zoals brede rivieren
met een kleine bron
verscholen in het woud
zoals een vuurzee
met dezelfde lucifer
die een sigaret aansteekt
zoals liefde met een blik
een aanraking iets dat je opvalt in een stem
jezelf een vraag stellen
daarmee begint verzet
en dan die vraag aan een ander stellen

Jezelf een vraag stellen, daarmee begint verzet. 

Rebecca Onderstal, 4 mei 2015
* dank aan mijn moeder en aan Jannie van Doorn - van Luijk, die het verhaal van haar moeder deelde.