vrijdag 25 december 2015

De kracht van kwetsbaarheid, Kerstnacht 2015

Drieluik van Hugo van der Goes
Herders in het veld hoorden het bericht van de engel.
Goed nieuws. Midden in het donker van de nacht.
Ze hoorden over redding. Een redder…
Dat waar ze al zo lang op hoopten. Of eigenlijk nauwelijks meer in geloofden.
Dat er iemand komen zou die sterk genoeg om te vechten tegen het kwaad dat ze op zoveel plekken zagen opduiken.
Mannen met wapens. Onrecht. Stukgeschoten straten.
En toen was de hele hemel licht. En zongen engelen zo vredig.
En toen het licht wegebte… de engelen weg, maar het werd niet meer zo donker..
keken ze om zich heen.
Ze plukten bloemen. Bloemen van het veld, om te geven aan de redder
in kwetsbare mensengedaante.
kwetsbare bloemen maar krachtig bloeiend. Vol kleur en leven.
Bloemen voor dit kind dat een nieuw begin brengt.
Wiens kracht kwetsbaarheid is. 


bloemen in de kribbe tijdens
de kerstnachtdienst in Cothen
Hèt beeld van dit jaar is voor mij het filmpje van een jongetje en zijn vader bij de Bataclan, het Parijse theater waar mannen met wapens zoveel mensen doodden.
Het jongetje verwoordt de angst – moeten we hier niet weg, omdat het te gevaarlijk is? 
Aan zijn vader zie je dat hij uit alle macht vast wil houden aan vertrouwen –  je ziet het aan de voorzichtige manier waarop hij zijn zoon antwoordt. Hij wil zijn kind laten zien wat er wel is om op te vertrouwen. Ook al zijn er mannen met wapens, en kan kwaad overal opduiken. Ook al heeft vluchten heeft geen zin omdat er geen plek op aarde is waar dit gevaar niet bestaat... 
En dan wijst de vader naar de bloemenzee buiten bij het theater, en lichtjes die flakkeren. Die bloemen en die lichtjes – dat zijn ons wapens. Die beschermen ons. 
Ze beschermen ons hart tegen het kwaad. 
Het is de kracht van kwetsbaarheid – van vasthouden daaraan. 
In de dagen na het geweld in parijs deelden heel veel mensen de zin ‘Pray for Paris’. En er waren er ook velen die beseften dat voor Parijs ook een andere plaats ingevuld kon worden. Syrië.. waar de oorlog maar doorgaat.. vluchtelingenkampen waar mensen uitzichtloos leven… plekken waar natuurrampen toeslaan.. 
Wat doen we als het kwaad dichtbij komt? Als we voelen dat het ons bang maakt, omdat we ons ineens kunnen voorstellen dat het ons eigen leven binnendringt.. Parijs zoveel dichterbij dan Syrie. Een terras op een mooie avond zoveel dichterbij dan de woestijn in een ver land.. 
Wat doen we als kwaad dichtbij komt?
Bidden we dan, tot God? 
Steken we kaarsjes aan op de plek waar het kwaad het lijkt te hebben gewonnen.. 
Het neerleggen van bloemen, het aansteken van kaarsjes – het zijn een soort gebeden.. denk ik.
Die kaarsen en die bloemen die zijn een soort verzet – tegenkracht tegen het kwaad. Kwetsbare vlammetjes, bloemen die even bloeien. Ze zijn daar neergezet als verzet tegen het kwaad, met de kracht van kwetsbaarheid.
Zo kwetsbaar als een mensenleven. Zo kwetsbaar als een kind. 

Kerst is het feest van God die kiest voor kwetsbaarheid. Als tegenkracht tegen het kwaad. 
Kerst is het feest van God die kiest voor zichtbaar worden in kwetsbaarheid. In mensengedaante, met al het kwetsbare dat daarbij hoort – zeker in een baby.
Kerst is het begin van een verhaal van een mens met Gods gezicht. God die zich toevertrouwde aan deze wereld, met alle gevaar, die in zijn leven het kwaad weersprak, maar nooit zijn hand ophief om terug te slaan. Liefde als zijn enig wapen. Geen zoetsappige liefde, scherpe woorden, confronterend.. maar nooit nam hij de wapens van het kwaad op. 
Het liedje van John Lennon dat op nr 1 in de top 2000 staat dit jaar, dat verwoordt het verlangen naar vrede. 
Imagine.. 
Stel je voor dat er niets is om voor te doden of voor te sterven, en ook geen religie meer.. Stel je voor dat alle mensen in vrede leven.. Ben ik dan een dromer? Zingt John Lennon.
Religie als een reden om te doden, om te sterven.. dat is de nachtmerrie van dit jaar.. 
en het is zo in tegenspraak met die kribbe, dat kind waar we hier omheen staan, in deze nacht. God die ongewapend, zo kwetsbaar als maar kan in ons midden is. 
Dit is een God die verlangt dat wij onze wapens laten vallen. Onze scherpe tong en snelle oordeel, ons vermogen om anderen buiten te sluiten of aan te vallen.. vaak omdat we bang zijn. 
Bang voor het onbekende, bang voor een onzekere toekomst, bang voor een ander waar je slechte verhalen over gehoord hebt. 

foto: Ruth Bekkering
Dit is een God die tegenkracht is tegen de angst – vol vertrouwen geeft hij zichzelf in een kind. Hij vertrouwt zichzelf toe aan mensenhanden. 
Aan zijn kribbe staan we.. een voerbak voor dieren. 
bij een kind dat dakloos is, ouders die nergens welkom waren. 
En het kind straalt één en al goedheid uit. 
We staan daar met bloemen in onze handen, net als de herders. Onhandig staan we daar.. 
En we nemen ons voor: deze goedheid, dit licht, dat gaan we koesteren.
Dat moet onze houvast zijn, belangrijker dan mensen die kwaad doen, sterker dan donkere gedachten en foute keuzes die we zelf maken. 
En ook als wij weer weggaan van de kribbe. En vergeten, druk zijn, overmand worden door gevoelens van onrust of angst.. dan is het kind er nog. We kunnen terug. 
we kunnen ons keren naar het licht. Het licht van Christus gaat niet weg. Als zonnebloemen kunnen we ons keren naar het licht van vertrouwen. 
Stel je voor – Imagine… de kracht van dit kind. Zo kwetsbaar als het is brengt het je terug bij het beste bij jezelf. Het redt je zo uit de cirkel van angst en wantrouwen. Gemakkelijk is het niet. 
maar het is de moeite waard.

Tekst: Marijke de Bruijne
Foto: Ruth Bekkering



zaterdag 12 december 2015

Engel

Ik was in verwachting van mijn eerste kind toen ik van mijn moeder een engel kreeg. Ik denk dat het met Sinterklaas was, na zo’n 4 maanden zwangerschap.
Voor de eerste keer zwanger zijn was een onthutsende ervaring. Er gebeurde iets in mij waar ik geen controle over had. Het groeide, het bewoog…
Het voelde zo wonderlijk dat het bijna angstig was.
De engel die ik toen kreeg is er na 18 jaar nog steeds. Toen ik een eigen auto kocht, belandde ze aan de achteruitkijkspiegel. Waarom? Misschien omdat ik autorijden in het begin ook best angstig vond. Het gevoel van controle was nog ver te zoeken.
‘Wees niet bang’ zegt de engel tegen Maria, ook al is het wonderlijk wat er gebeurt.